Zakhorloge

Zak horloges

Zak horloges

De digitale rondleiding door het Saarland horlogemuseum is mogelijk gemaakt met de steun van:

Peter Henlein

Het zakhorloge

Rond 1505 gebruikte Peter Henlein een torsiebalans in zijn blikklok, die vanwege zijn vorm 'lepelbalans' werd genoemd en waarvan de doorbuiging elastisch werd beperkt door varkenshaar. Het werd meestal om de hals gedragen aan een koord of ketting en had een spillegang.

De randen van de doos waren afgerond en de uurwijzer werd beschermd door een tinnen deksel met meerdere openingen. De vorm kwam overeen met de geurpotjes die destijds in kleding werden gedragen, zulke klokken werden dan ook 'pomander klokken' genoemd.

De term 'Nuremberg Egg' komt waarschijnlijk van Neurenberg "Ührlein".

Christiaan Huygens

Toen Christiaan Huygens in de 17e eeuw de balansveer uitvond, nam de nauwkeurigheid (zie ook Nauwkeurigheid) aanzienlijk toe en steeg de van het zakhorloge (zakhorloge) als representatief accessoire begon en eindigde pas in het midden van de 20e eeuw door het polshorloge.

Voorbeelden

Zakhorloge van Glashütte

Met uitzondering van de staatsbedrijven van de DDR staan ​​horloges uit Glashütte bij Dresden wereldwijd bekend als kwaliteitshorloges. Na de Tweede Wereldoorlog trokken veel meester-horlogemakers uit Glashütte naar Zwitserland. Na de val van het communisme in 1989 financierden Zwitserse bedrijven ook de herstart van de horloge-industrie in Glashütte.

Het horloge van de firma "A. Lange & Söhne, Glashütte Nr. 38635" werd geproduceerd in 1904. De kast is gemaakt van 585 goud. Het heeft een geëmailleerde wijzerplaat, Arabische cijfers 1 t/m 12, kleine seconde, 10-verdeling en gouden Lodewijk XV-vormige wijzers.

Jubileum horloge

De eerste arbeiders die een zakhorloge nodig hadden, waren de mijnwerkers. Sommigen van hen moesten na het inrijden nog zeer lange afstanden afleggen naar hun werkplek en moesten op tijd terug zijn. In het kasboek van de familie Franz vind je aantekeningen waaruit blijkt hoe ze hun zakhorloge maandenlang hebben afbetaald. Het was gebruikelijk dat verdienstelijke mijnwerkers een jubileumhorloge ontvingen. Deze werden natuurlijk niet ondergronds gebruikt. De foto toont een jubileumhorloge van de firma Lip (Besançon).



De klok bij de uitgang van de wasruimte was belangrijk voor de exacte tijd. De afbeelding toont de klok uit de mijn Maybach (Friedrichsthal), die in 1981 werd gesloten.



Jubileum horloge

De mijnwerker was een zeer gerespecteerd beroep. Niet alleen vanwege zijn harde werk, maar ook omdat hij na de twee wereldoorlogen "de kar uit de modder haalde". Maar ook verdienstelijke ijzerwerkers kregen een jubileumhorloge.






Op deze foto ziet u het IG Metall jubileumhorloge van Hans Werner Lermen voor 60 jaar loyaliteit. Het is gemaakt van messing en heeft een goedkoop quartz uurwerk.

Koets klok

Koetsklok

Zadelhorloge met datum, slagwerk en alarmmechanisme, kast van vuurverguld brons met bloem- en bladornamenten, frontring met gewelfd glas en eveneens met bloem- en bladornamenten, sleutelopwinder. Schildpad buitenhoes met zilveren kraal bloemenornamenten. De klok heeft een diameter van 14 cm.

De klok is gemaakt door de firma BALTHAZARD GRANIER in Londen in het 3e derde deel van de 18e eeuw voor de oosterse markt en heeft Turkse cijfers en wijzers.

Dienst klok

Spoorwegklok

Het zakhorloge is een diensthorloge voor de Amerikaanse of Canadese markt. Het heeft een 16 juwelen uurwerk met een Breguet-spiraalveer en een monometalen schroefbalans. Op de geëmailleerde wijzerplaat is een locomotief afgebeeld. Het heeft Arabische cijfers en een kleine seconde boven de zes.

Vervaardiging: 1920 in Zwitserland

Opwinden

De opwinden

De opwinden is het samenstel dat de veer van een horloge spant, aandrijfenergie geeft. Aanvankelijk werd de veer van voren door de wijzerplaat opgewonden met een kleine vierkante sleutel, waarmee ook de wijzers konden worden versteld. Om de wijzerplaat zonder opwindgat te kunnen ontwerpen, begonnen ongeveer 1800 mensen de opwind- en wijzerinstelling naar de achterkant van het zakhorloge te verplaatsen.


In 1844 werd het opwinden met een gekarteld wiel uitgevonden. Aanvankelijk werden de wijzers echter met een sleutel ingesteld. Vanaf 1860 konden de wijzers ook via de kroon versteld worden door op een knop te drukken (zie pijl).

Vanaf 1900 werd de drukknop vervangen door de uittrekbare kroon.

previous arrow
previous arrow
next arrow
next arrow